Cybercrime
Cybercrime (of: computercriminaliteit) betekent niets anders dan het plegen van misdrijven en/of overtredingen waarbij gebruik is gemaakt van een computer en/of het internet. De criminele activiteiten zijn digitaal van aard en kunnen zijn gericht tegen personen, eigendommen en organisaties of tegen elektronische communicatienetwerken en informatiesystemen. Hierna zullen enkele veel voorkomende vormen van cybercrime worden gesproken.
Skimmen is het op een onrechtmatige manier bemachtigen en kopiëren van betaalkaartgegevens. Het is een vorm van fraude, waarbij de magneetstrip van een pas wordt gekopieerd en de pincode bemachtigd wordt verkregen op het moment dat er een betaaltransactie wordt verricht. Met de gekopieerde magneetstrip op een (nieuwe) pas en samen met de pincode wordt vervolgens geld opgenomen en/of betalingen verricht.
Skimmen is een vorm van fraude/oplichting en is apart strafbaar gesteld in artikel 232 Sr. Het gebruiken, verkopen en zelfs in bezit hebben van geskimde betaalpassen of skimmingapparatuur is ook strafbaar gesteld.
Het woord phishing is afgeleid van het Engelse fishing (‘vissen’, ‘hengelen’). Het is een vorm van internetoplichting, waarbij slachtoffers meestal met een e-mail worden gelokt naar een valse of vervalste (bank)website, die een kopie is van de echte website, waarna zij inloggen met inlognaam en wachtwoord of hun creditcardgegevens intypen en zo zonder het te weten hun gegevens afstaan. De verdachte achter de gekopieerde website beschikt daarna over de (bank)gegevens en kan daarmee geld opnemen of bestellingen doen. Verdachten van phishing worden meestal vervolgd voor oplichting (artikel 326 WvSr). In phishingzaken verdenken politie en justitie de verdachte(n) ervan dat zij zich hebben voorgedaan als iemand anders (meestal een bank), met als doel om betaalgegevens te verkrijgen.
Computervredebreuk, oftewel hacken, is strafbaar gesteld in artikel 138ab WvSr. Het is strafbaar om met opzet en wederrechtelijk (= zonder toestemming) een computersysteem of netwerk binnen te dringen.
De zogeheten DDoS-aanval is strafbaar gesteld in artikel 138b Sr. Daar is het strafbaar gesteld om opzettelijk en wederrechtelijk de toegang tot of het gebruik van een geautomatiseerd werk te belemmeren door daaraan gegevens aan te bieden of toe te zenden. De maximale straffen variëren van twee tot vijf jaar.
Veel mensen vragen zich af welke straf iemand kan verwachten voor computercriminaliteit, maar die vraag is niet makkelijk te beantwoorden. Strafoplegging is maatwerk. De rechter kijkt in geval van een veroordeling naar allerlei factoren, zoals bijvoorbeeld de omstandigheden waaronder het feit begaan is, de persoon van de verdachte, het strafmaximum en uitspraken in vergelijkbare zaken.
Een verdachte van cybercrime of een verdachte bij wie een laptop in beslag is genomen in verband met een verdenking van cybercrime doet er goed aan zich te wenden tot een strafrechtadvocaat.
Neem voor meer informatie vrijblijvend contact op met FTW Advocaten.