Selecteer een pagina

Belediging en discriminatie

Van eenvoudige belediging is sprake als een dader een ander mondeling, schriftelijk of door een feitelijkheid opzettelijk aanrand in eer of goede naam. Voorbeelden van eenvoudige belediging zijn het grof uitschelden van iemand, het opsteken van een middelvinger of het spugen in het gezicht. Eenvoudige belediging is strafbaar gesteld in artikel 266 Sr. 

Een bijzonder vorm van belediging is smaad/smaadschrift. Bij smaad/smaadschrift gaat erom dat de dader opzettelijk iemands eer of goede naam aanrandt door beschuldiging van een bepaald feit met het doel daaraan ruchtbaarheid te geven. Met een bepaald feit wordt bedoeld op een concrete gedraging tegen een of meer aanwijsbare personen. Vage beschuldigen vallen hier niet onder. Ook is vereist dat het doel is geweest dat de beschuldigen een groter publiek zullen bereiken. Niet strafbaar is degene die heeft gehandeld tot noodzakelijke verdediging of degene die te goeder trouw heeft kunnen aannemen dat het feit waar was én het openbaar belang vereiste dat het feit bekend werd gemaakt. Een voorbeeld zou een publicatie kunnen zijn over een politicus die zich heeft laten omkopen. Smaad en smaadschrift zijn strafbaar gesteld in artikel 261 Sr.

Laster is een bijzondere vorm van smaad/smaadschrift. Laster is namelijk het plegen van het misdrijf smaad/smaadschrift terwijl de dader weet dat het feit dat hij verspreidt in strijd met de waarheid is. Voor bewijs van laster is vereist dat die wetenschap bij de dader wordt aangetoond. Laster is strafbaar gesteld in artikel 262 Sr.

Eenvoudige belediging, smaad/smaadschrift en laster zijn zogeheten ‘klachtdelicten’. Dat betekent dat degene die aangifte doet uitdrukkelijk de wens moet doen dat de dader van het strafbare feit wordt vervolgd.

Het komt vaak voor dat de scheidslijn tussen een strafbare en niet-strafbare uitlating dun is. Een goede verdediging kan de balans dus doen doorslaan in het voordeel van de verdachte.

Discriminatie
De strafbare feiten die betrekking hebben op discriminatie staan in de artikel 137c Sr en verder. In artikel 137c Sr is belediging van een groep mensen op basis van hun ras, hun godsdienst, hun levensovertuiging of hun hetero- of homoseksuele geaardheid. Het bestanddeel ras wordt ruim uitgelegd. Uit het Verdrag van New York volgt dat aan ras de volgende kenmerken zijn verbonden: afkomst, huidskleur, nationale en etnische afstamming. 

In de rechtspraak van de Hoge Raad is een stappenplan ontwikkeld om te beoordelen of een uitlating strafwaardig is of valt onder de vrijheid van meningsuiting. Van belang is of de uitlating betrekking heeft om een groep mensen te beledigen wegens godsdienst, ras, levensovertuiging of geaardheid, de uitlating is gedaan in een bepaalde context die het beledigende karakter mogelijk wegneemt vanwege het recht op vrijheid van meningsuiting én of de uitlating niettemin als onnodig grievend wordt aangemerkt.

Of een uitlating valt onder de vrijheid van meningsuiting of strafbaar is zoals bepaald in artikel 137c Sr is dus bij uitstek een afweging die de rechter moet maken en zal afhankelijk kunnen zijn van wat de procespartijen daarover naar voren brengen. Goede rechtsbijstand is dus bij dergelijke uitingsdelicten van belang.

Neem voor meer informatie vrijblijvend contact op met FTW Advocaten.

Uw specialist

Whatsapp uw specialist

Stel direct uw vraag

14 + 3 =

Anderen bekeken ook

Bedreiging en stalking

Lees meer

Mensenhandel

Lees meer

Mensensmokkel

Lees meer

Cybercrime

Lees meer

Georganiseerde misdaad

Lees meer

Gratie

Lees meer

Kunnen wij je helpen?

FTW Advocaten

FTW Advocaten is een jong advocatenkantoor dat zich sinds 2009 in de Zaanstreek heeft gevestigd. De Zaanstreek kenmerkt zich door een rijke historie en veel (opkomende) bedrijvigheid. Wat FTW Advocaten betreft,
is dit een ideale locatie
om de praktijk te bedrijven. Duidelijkheid, transparantie en kwaliteit is wat FTW kenmerkt en waar zij voor staan.