Inhouding rijbewijs
Als iemand verdacht wordt van rijden onder invloed van alcohol of verdovende middelen of als iemand verdacht wordt van een grove verkeersfout is de kans reëel dat de politie het rijbewijs zal invorderen. In de meeste gevallen wordt het rijbewijs hierna direct op grond van artikel 164 Wegenverkeerswet 1994 (WVW) naar het CVOM in Utrecht gezonden. De officier van justitie beslist dan binnen 10 dagen wat er met het ingevorderde rijbewijs moet gebeuren. Het rijbewijs kan voor langere tijd worden ingehouden. Als de officier dit besluit, ontvangt degene van wie het rijbewijs is ingehouden een kennisgeving inhouding rijbewijs. In dit besluit staat hoelang de officier het rijbewijs wenst in te houden.
Voor veel mensen levert het missen van een rijbewijs voor langere tijd grote problemen op voor het werk of in de privésfeer. Het is mogelijk om een bezwaarschrift in te dienen bij de rechtbank. Dit is bepaald in artikel 164 lid 8 WVW. Aangezien het Openbaar Ministerie vaak strengere richtlijnen hanteert dan de uitgangspunten van de rechters, kan het indienen van een bezwaarschrift zeker lonen. Dit bezwaarschrift wordt altijd redelijk snel behandeld door een rechter in een raadkamerprocedure. Deze rechter velt een oordeel over de vraag of een rijbewijs op dat moment langer ingehouden moet worden.
Bij een dergelijke procedure zal de rechter de persoonlijke belangen van de klager afwegen tegen het belang van de maatschappij dat een rijbewijs ingehouden blijft. Ook zal een rechter de zwaarte van de overtreding betrekken bij zijn oordeel.
Onze strafrechtadvocaten staan zeer frequent personen bij van wie het rijbewijs is ingehouden. Wij weten welke aspecten van belang zijn bij het opstellen van een bezwaarschrift en de behandeling in raadkamer.
Neem voor meer informatie vrijblijvend contact op met FTW Advocaten.