• Ouders: Na een scheiding of beëindiging van een relatie blijft een kind recht hebben op omgang met beide ouders, tenzij omgang schadelijk is voor het kind;
  • Grootouders: Grootouders kunnen, onder bepaalde omstandigheden, het recht op omgang met hun kleinkinderen aanvragen bij de rechter;
  • Andere familieleden of naasten: ook andere familieleden of naasten die een belangrijke rol spelen in het leven van het kind kunnen de rechter verzoeken een omgangsregeling vast te stellen.