Valsheid in geschrifte vindt plaats wanneer een geschrift, dat bedoeld is om als bewijs van een feit te dienen, valselijk wordt opgemaakt of vervalst met het oogmerk om het als echt te gebruiken. Ook is strafbaar degene die een dergelijk geschrift gebruikt of voorhanden heeft. Valsheid in geschrifte is strafbaar volgens artikel 225 van het Wetboek van Strafrecht.
Welke documenten vallen onder valsheid in geschrifte?
De term “geschrift” omvat alle documenten die in letters of cijfers zijn opgesteld. Dit gaat niet alleen om traditionele geschreven documenten, maar ook om e-mails, brailleschrift en soortgelijke bewijsmiddelen. Voor strafbaarheid moet het geschrift bestemd zijn om als bewijs van enig feit te dienen. Voorbeelden van documenten met een bewijsbestemming zijn arbeidsovereenkomsten, loonstroken, werkgeversverklaringen en diploma’s.
Wat is het oogmerk bij valsheid in geschrifte?
Om iemand te kunnen veroordelen voor valsheid in geschrifte moet bewezen worden dat de verdachte het oogmerk had om het valse document als echt en onvervalst te gebruiken of te laten gebruiken. Dit oogmerk speelt een cruciale rol in het vaststellen van schuld.
Hoe speelt valsheid in geschrifte een rol in fraudezaken?
In complexe fraudezaken vormt valsheid in geschrifte vaak een belangrijke verdenking, samen met andere verdenkingen zoals oplichting en witwassen. De verdenking kan betrekking hebben op valse documenten die zijn gebruikt om fraude te plegen of geld wit te wassen.