De veroordeelde kan zelf hoger beroep instellen op de griffie van de rechtbank waar het vonnis is gewezen, maar kan ook iemand -bijvoorbeeld een advocaat- daartoe machtigen. In bepaalde gevallen kan er geen hoger beroep worden ingesteld. Een verdachte kan bijvoorbeeld niet in hoger beroep tegen een vrijspraak. Ook bij een veroordeling van zeer lichte overtredingen (bagatelzaken) kan soms geen appel worden ingesteld.